7. Iron & Wine - Our Endless Numbered Days
Ik moet het eerlijk zeggen. Het is wel een erg hoge positie voor deze plaat. Ik weet ook niet zo goed wat er dan wel op 7 moeten staan, maar toch.
Dit is een fijne, tikkeltje saaie plaat. Lome gitaarfolk die eigenlijk als ambient werkt. De zachte stem van Sam Beam glijdt erin als honing. Zijn gitaarspel eenvoudig en repeterend. Zo hoor ik het graag. Ik heb echt de neiging om nu al op publish te drukken. Iron & Wine. Gitaarfolk die toevallig dit jaar vaak langskwam. That's about it. Het is zo goed omdat er een handvol nummers opstaan die me vanaf het begin diep geroerd hebben. Zoals Naked As We Came met een mooie tekst ook. Dat heeft Iron & Wine vaker. In het begin is de plaat een soort om en om spelletje van goede nummers en filler. De goede nummers lijken allemaal een beetje op elkaar, de slechte ook. De goede zijn echt de akoestische ballads. De mindere nummers proberen wat anders. De plaat zou behoorlijk snel in de vergetelheid zijn geraakt als de laatste 3 nummers er niet op hadden gestaan. Aan die 3 nummers heeft de plaat zijn positie te danken. Fever Dream, het zowaar "anders proberende" Sodom, South Georgia (Papa died sunday and I understood, all dead white boys say, "God is good") en het uiterst sympathieke hoogtepunt Passing Afternoon. Fever Dream heeft ook wat achtergrondvocalen van een meisje en ja het werkt natuurlijk. Zacht mompelzingende mannen met baarden en engeltjes erbij, het blijft DE formule voor goede muziek. Er is een man overigens die hetzelfde deed dit jaar, maar dan nog beter. Maar die zit in het gedeelte van de eindlijst waar de ECHT goede platen langskomen.
Laat ik dan eindigen met een vers uit Passing Afternoon:
There are things that drift away like our endless, numbered days
Autumn blew the quilt right off the perfect bed she made
And she's chosen to believe in the hymns her mother sings
Sunday pulls its children from the piles of fallen leaves
Hoogtepunten:
*Naked As We Came
*Fever Dream
*Sodom, South Georgia
*Passing Afternoon
Dit is een fijne, tikkeltje saaie plaat. Lome gitaarfolk die eigenlijk als ambient werkt. De zachte stem van Sam Beam glijdt erin als honing. Zijn gitaarspel eenvoudig en repeterend. Zo hoor ik het graag. Ik heb echt de neiging om nu al op publish te drukken. Iron & Wine. Gitaarfolk die toevallig dit jaar vaak langskwam. That's about it. Het is zo goed omdat er een handvol nummers opstaan die me vanaf het begin diep geroerd hebben. Zoals Naked As We Came met een mooie tekst ook. Dat heeft Iron & Wine vaker. In het begin is de plaat een soort om en om spelletje van goede nummers en filler. De goede nummers lijken allemaal een beetje op elkaar, de slechte ook. De goede zijn echt de akoestische ballads. De mindere nummers proberen wat anders. De plaat zou behoorlijk snel in de vergetelheid zijn geraakt als de laatste 3 nummers er niet op hadden gestaan. Aan die 3 nummers heeft de plaat zijn positie te danken. Fever Dream, het zowaar "anders proberende" Sodom, South Georgia (Papa died sunday and I understood, all dead white boys say, "God is good") en het uiterst sympathieke hoogtepunt Passing Afternoon. Fever Dream heeft ook wat achtergrondvocalen van een meisje en ja het werkt natuurlijk. Zacht mompelzingende mannen met baarden en engeltjes erbij, het blijft DE formule voor goede muziek. Er is een man overigens die hetzelfde deed dit jaar, maar dan nog beter. Maar die zit in het gedeelte van de eindlijst waar de ECHT goede platen langskomen.
Laat ik dan eindigen met een vers uit Passing Afternoon:
There are things that drift away like our endless, numbered days
Autumn blew the quilt right off the perfect bed she made
And she's chosen to believe in the hymns her mother sings
Sunday pulls its children from the piles of fallen leaves
Hoogtepunten:
*Naked As We Came
*Fever Dream
*Sodom, South Georgia
*Passing Afternoon
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home