dinsdag, april 04, 2006

De Week (van 04-04-06)

*Bruce Springsteen & The E Street Band - Live/ 1975-85
Een van de dingen die ik, toen ik met internet kennismaakte, al snel ontdekte was de verbazingwekkende vrijgevigheid van Amerikanen. Misschien lag het aan de Amerikanen die ik "tegenkwam", maar de meeste muzikanten boden altijd binnen no-time aan hun cd's te sturen. Maar niet alleen hun eigen cd's. Zo kende ik ooit een bassiste uit El Paso, die een Bruce Springsteen cd-box in de garage had staan. Tenminste, ik dacht dat het een cd-box was.. Nu was mijn moeder bijna jarig en voor ik het wist was de cd-box op weg naar Nederland. ("Ik haat Bruce Springsteen, ik heb dat ding 10 jaar geleden toch maar voor niks gekregen bij de boekenclub.")
Een paar weken na mijn ma's verjaardag kwam er een ongelofelijk pakket aan. Hmm.. Het zouden toch geen LP's zijn? Jawel en dat niet alleen.. De identieke box stond al in de kast, alleen dan op cassettebandjes! Een mislukt kado. Ziehier, zo'n beetje het stomste wat me ooit op internet is overkomen. Gelukkig heb ik er deze laatste paar weken dan eindelijk met deze affaire vrede mee kunnen sluiten. Nu heb ik tenslotte zelf een pick-up staan en die box.. Is gewoon van mij!
Live-opnamen zijn een interessant fenomeen. Het gros is vreselijk overbodig en zelfs voor de fans niet leuk. Maar het kleine deel dat wel goed is, bezorgt gegarandeerd kippenvel. En dat is iets wat me bij studio-opnamen bijna nooit gebeurd. Laatste keer: eerste track van Sufjan's Illinois. Bij live-albums is het een stuk minder zeldzaam. Ik kan bijvoorbeeld niet te vaak naar Set List, een live-plaat van The Frames, luisteren, anders vat ik een kou.
Er zijn 3 kippenvelmomenten op de 5 LP's tellende box van the Boss. Het fascineert me dat het eigenlijk alle drie "buitenmuzikale" momenten zijn. Misschien is dat het geheim van live-platen: communicatie en publieksparticipatie. Wie weet heb ik daar gewoon een zwak voor. Bruce die in Growin' Up en The River zijn gebruikelijke verhaaltjes over ruzie met pa, growin' up in the sixties en Vietnam afsteekt. De man is een uitstekend verteller met een goed gevoel voor timing. Het moet gezegd, zijn verhaaltje in The River profiteert ook van de heerlijke begeleiding op synthesizer/orgel door Bittan, of misschien Federici. Die combi van synthesizer en orgel is een van de sleutelelementen in de sound van de E Street Band. De platen zijn een tikkeltje vals geworden en de orgeltonen zweven door de kamer. Het 3e kippenvelmoment is Hungry Heart. Sowieso een van zijn beste nummers, maar ik krijg het te pakken zodra het publiek het eerste couplet begint te zingen. En maar blijft zingen.

*Fort Minor - Where'd You Go
Ik heb het vermoeden dat dit geen hit gaat worden, al zag ik het nummer wel voor het eerst op MTV. Die "Japanse" rapper van Linkin' Park heeft een soloplaatje gemaakt met zijn beroemde vriendjes. Dat klinkt hopeloos en wie weet is het dat ook, ik heb het album expres maar niet opgezocht. Nee het gaat hier om deze geweldige single. Ja, het is een blauwdruk van Eminem's Stan inclusief nieuwe Dido, Holly Brook. Geeft niets. Want het werkt. En de beat is heerlijk. Het is zo'n typische in your face, witte rockhiphop beat. And the beat goes on and on. Voeg daar nog wat sentimentele pianootjes aan toe en... Wat ruik ik daar? Barbecue-melancholie.

*Band of Horses - Everything All The Time
Mijn 2e week van pogingen om door te dringen tot het universum van deze Band of Horses. Het begint te lukken, eigenlijk vind ik het album wel te vergelijken met de laatste van My Morning Jacket. Ik dacht die plaat een beetje gekraakt werd in de pers. Toch grappig dat als je dezelfde muziek als nieuw fris bandje presenteert het dan ineens geweldig is. Positieve kritiek is overigens terecht hoor.. Alleen jammer dat de zanger niet Your Funeral zingt. Dat leek me interessanter.

*Neurotron - Dub Mission
*[In]anace - Thinner Process (Mix)

Mijn zoektocht naar het techno-nummer waar ik vorige week over sprak is ten einde. Ik zou willen dat ik er niet aan begonnen was. Het nummer is wegens meningsverschillen met hun label Thinner niet meer te downloaden, maar het is wel te vinden in een online mix, hier.
En ach, zoveel stelt het nummer dus eigenlijk niet voor.
Er is wel een meer recente ep van Neurotron te downloaden. De release bevat een soort dub-techno, vandaar ook de titel natuurlijk, al zijn de bassen niet echt super. Gelukkig zijn de dubby "stabs" wel aanwezig. Ici.
Over Metroplex waarschijnlijk volgende week. (Nog niet helemaal binnen)

*The Bow
*Walk The Line
*Bottle Rocket
*Rushmore
*Rumor Has It

*Blood Simple
The Bow is een verrassende fabel van Kim Ki-Duk. Het is een verbeterde versie van Spring, Summer, etc. waarin dezelfde thema's geëxploreerd worden. Ook dit keer verliest de regisseur zich vreemde keuzes richting het einde, maar in mindere mate. Bovendien is het einde ditmaal op een bijna grappige manier verrassend. Eigenlijk wist ik vanaf seconde 1 al dat dit wel een betere film dan de voorganger moest worden. De muziek is dit keer namelijk niet cheesy poppy, maar min of meer (misschien pseudo) authentieke Koreaanse muziek. Zo hoort het.
Walk the Line kan zo richting muziekles op de middelbare school. Ik zag daarin ooit een saaie biopic over Ritchie Valens, en dit is eveneens zo'n matig werkje. Er zit simpelweg te weinig drama in de film. Bovendien is de man een eikel. En waar is zijn aftakeling?! Hij zit in de film op zijn Hollywoods aan de pillen. Hij lijdt er eigenlijk nauwelijks onder. Passie tussen June en Johnny lijkt ook al nauwelijks aanwezig. June is wel het enig interessante personage in de film, dankzij Reese Witherspoon natuurlijk, bovendien wordt haar worsteling met de verwachtingen van mensen, met het zijn van een Carter en met God nog wel aardig verbeeld. Maar verder..
Het was een goed idee om ook de 2 oudere films van Wes Anderson te kijken. Hoe langer men in de wereld van Wes Anderson vertoeft, hoe leuker het wordt. Ten tijde van zijn debuutfilm Bottle Rocket was er duidelijk nog sprake van een klein budget. Misschien dat daardoor de film ook bijna conventioneel is geworden, alhoewel.. Een gortdroge misdaadkomedie met 2 mentaal labielen, waarvan er 1 verliefd wordt op een hotelschoonmaakster.. In tegenstelling tot de andere 3 Anderson films is deze film echt "hahaha" grappig.
Rushmore markeert het begin van de designer-magie, het budget is omhoog gegaan en dus ier meer geld voor de aankleding, de soundtrack, en wordt Bill Murray ingehuurd. Het verhaaltje is eigenlijk nogal dun en chaotisch. Er is een kansloze strijd gaande tussen de oude Murray en de jonge Schwartzmann (ook I Heart Huckabees) om de liefde van de charmante Olivia Williams. Terzijde: Anderson gebruikt in zijn films veel dezelfde acteurs, maar de rol van "mooie jonge vrouw" wordt altijd door iemand anders vertolkt. Geef mij Olivia Williams nog maar een keer in je volgende film, Wes. Oh, zijn volgende film is (helaas) een stop-motion animatiefilm naar een verhaal van Roald Dahl. Anderson had zeker een break nodig na het te ambitieuze Life Aquatic. In alle 3 de eerdere films daarvoor zitten al verwijzingen naar Cousteau. Die continuïteit is erg aangenaam. Rushmore bevat trouwens het mooiste muzikale Anderson-moment tot nu toe. Aan het eind wordt er gedanst op Ooh La La van The Faces. Geweldig. Is het niet eens tijd voor een Rod Stewart revival? I wish that I knew what I know now!
Shirley Maclaine en Jennifer Aniston doen in Rumor Has It een wedstrijdje overacteren. Toch zonde, want Aniston kan het wel, ze speelde in The Good Girl een hele aardige hoofdrol.
Nochtans begon Rumor Has It ook wel aardig als een slim vervolg op The Graduate. Maar zodra Kevin Costner in beeld komt en de film een vreselijke wending neemt is het zuchtend en steunend wachten op het einde. Als de film nu eens wat lef had gehad en wél voor een Oedipus-affaire had gekozen, ach dat zou waarschijnlijk ook hopeloos zijn uitgepakt. Zelfs Ruffalo weet de film niet te redden, hij is dan ook miscast als advocaat, inclusief gladde looks. Eerste associatie, de film is 1 minuut onderweg: Richard Krajicek... Had ik 'm toen maar uitgezet.
Blood Simple is een aardige thriller van de Coen broertjes, waarschijnlijk hun beste film in dat genre. Sterke rol van M. Emmet Walsh als de vileine detective Visser.