woensdag, december 28, 2005

4. Death Cab For Cutie - Plans

Bonanza-collega Roy had 'm al op 8 staan..
Ook ik neem mijn pet diep af voor Death Cab For Cutie, omdat ze na het uitstekende Transatlanticism wederom een goede plaat hebben gemaakt. Transatlanticism stond op 4 in 2003, Plans staat daar dus dit jaar. Het is weinig artiesten gegeven om niet te teleurstellen met zo'n opvolger. Misschien helpt het dat Death Cab For Cutie een beetje een anonieme speler is. Onzichtbaar maar wel goed. Dat is hun voordeel, want inderdaad Plans lag zo maar ineens op mijn bordje. Hey, een nieuwe plaat van Death Cab For Cutie. Fijn!
Transatlanticism is een opwindende gitaarplaat met rauwe randjes. Plans is gladjes, het is een pianoplaat. Als je me dwingt te kiezen zou ik ook voor een piano kiezen, in plaats van een gitaar, als favoriete instrument. Rocksongs zijn niet te bekennen, Plans is een bad vol melancholie. Het is een plaat waaraan met heel veel liefde lijkt te zijn gewerkt, met aandacht voor de kleinste details. Op 1 na, het artwork. Wat een suffe voorkant. Zonde.
Het belangrijkste element van elke DCFC plaat is natuurlijk de stem van Ben Gibbard. Een stem waar live weinig van overblijft, maar dat zou best eens een teken kunnen zijn van een stem die in de studio juist wel werkt. Om live goed te zingen heb je teveel technische bagage nodig, teveel attitude en teveel power. Ben Gibbard heeft dat allemaal niet. Zijn stem is fragiel en precies goed.
Voordat we wat tracks nader gaan bekijken, 2 opmerkingen in het algemeen over de plaat. Allereerst: Dit is zo'n plaat die zo in een film als Garden State kan. Sterker nog deze plaat zet die melancholische "het leven gaat zo snel" sfeer een stuk beter neer.
Een meer technische kant van de plaat die perfect verzorgd is, is de volgorde van de liedjes. Een heel uitgebalanceerd geheel met op de juiste moment een versnelling. Eerst vond ik dat sommige nummers niet genoeg tijd kregen om af te lopen, nu zeg ik: Soms is de stilte juist te lang. De cd klinkt alsof ie ook prima aan elkaar had kunnen worden gemixt.
Opener Marching Bands of Manhattan is meteen een van de beste nummers van de plaat. De teksten van Gibbard zijn soms heel goed en soms ook waardeloos, en in dit nummer vind ik zijn beeldspraak erg aanstekelijk. ("If I could open my mouth/Wide enough for a marching band to march out/They would make your name sing/And bend through alleys and bounce off all the buildings")
Soul Meets Body is een wat minder nummer. Het was de eerste single van de plaat en het is een aardig up-tempo deuntje. Wel leuk zijn de drums met sleebellen en de gitaarloop die in het outro is opgenomen.
Summer Skin is exemplarisch voor de hele plaat. Als popsong misschien niet echt geslaagd, maar als katalysator van een gevoel zeker. De drums marcheren, licht droevige pianoakkoorden spelen en dan van die typische "wat gaat de zomer snel voorbij" teksten. Heerlijk. ("Then Labor day came and went/And we shed what was left of our summer skin")
Ik denk dat Chris Walla, producer en bandlid, veel credits voor deze plaat moet krijgen. Een nummer als Summer Skin zit vol fijne atmosferische geluiden, synths en een bewerkte vocale loop.
Een voorbeeld van het juiste nummer op het juiste moment is Different Names for the Same Thing. Net als de luisteraar wat in slaapt dreigt te vallen volgt er een versnelling.
De lezers die zich mijn stukje over Plans uit september herinneren, weten dat ik I Will Follow You Into the Dark het minste nummer vond. En dat is zo gebleven. Het nummer stipt wel het overkoepelende thema van de plaat aan: sterfelijkheid.
Ik beschouw die mislukte ballade als de afsluiter van het 1e deel van de plaat. Het 1e deel was goed, maar het 2e deel is nog beter. Het begint al met Your Heart is an Empty Room. Langzaam worden we dit nummer ingezogen. Het gedeelte wat dit nummer maakt zit rond de 2e minuut, ("The flames and smoke climbed out of every window/And disappeared with everything that you held dear"), waar er een verandering in de drums plaatsvindt en er op de achtergrond een zacht zoemend orgeltje klinkt.
Someday You Will Be Loved is het minste nummer van het 2e gedeelte, alhoewel het denk ik wel een zekere hitpotentie heeft. DCFC maakt een pianoplaat en dus sluipt er toch wel een zekere verwantschap met Coldplay in. Tenslotte ook een pianoband met een fragiele zanger. Het nummer bevat trouwens wel een leuke zin.. Om iemand te dumpen. ("But I know your heart belongs to someone you've yet to meet")
Crooked Teeth ramt er na dit sentimentele nummer lekker agressief in. Zeker weten het meest poppy nummer van de plaat, met een soort huppelende baslijn en een gitaarpartij die me nog steeds bekend voorkomt. Een perfect verzorgd detail zijn de geweldige achtergrondvocalen in het slotgedeelte. Iets hoger dan de hoofdpartij, die zelf ook nog een keer een fill zingt met een heel geslaagd roboteffectje. Klinkt eigenlijk een beetje als die plaat van Nada Surf van dit jaar. Best een aardige plaat, ook geproduceerd door Chris Walla.
Met What Sarah Said begint eigenlijk deel 2b van de plaat. 3 nummers die voor mij echt een eenheid vormen en het hoogtepunt van de plaat zijn. Er mag dan af en toe wel een heel matig stukje tekst in voorkomen: "And it came to me then that every plan is a tiny prayer to father time", What Sarah Said blijft een aangrijpend nummer over het begeleiden van een stervende. Het nummer werkt via kringelende pianolijnen toe naar een magnifieke break, dat overgaat in een crescendo, terwijl Ben zingt: "But I'm thinking of what Sarah said, that love is watching someone die." Op dat gaat moment gaan de drums over op lo-fi modus terwijl de drummer wederom begint te roffelen op zijn snaredrum. (En een orgeltje op zijn Fix You's bedenk ik me. Misschien is DCFC wel de min of meer indiefähige Coldplay)
"So who's gonna watch you die?"
Dit had de afsluiter van de plaat kunnen zijn maar ze gaan er nog overheen.
Brothers on a Hotel Bed is waarschijnlijk mijn favoriete nummer van dit jaar. Wat een wonderschone melodie stijgt daar op uit het soundscape intro. Je moet perfecte popliedjes niet proberen te beschrijven. (Die drums!) Leest hieronder maar het tekstfragment, wat weer zo'n een scene uit een film lijkt te beschrijven. In een film zouden de 2 mensen op de motor waarschijnlijk gelukkig en verliefd zijn. Ach, melancholie is een soort geluk.
Laat ik tot slot nog wat zeggen over een misser in het -goede- slotnummer. Het is een "Things are gonna change/And not for better" moment. De zanger van Phoenix verklaarde dat die tekst ontstond toen hij een Engels liedje verkeerd verstaan had. Welnu, Stable Song begint met het aangrijpende "Time for the final bow". Ik zie meteen begrafenissen voor me waar mensen naar de kist lopen en even buigen. Wat zien wij in het tekstboekje? "Time for the final bout.." Het laatste rondje. Ach, ook een mooi beeld.

On the back of a motor bike
With your arms outstretched trying to take flight
Leaving everything behind
But even at our swiftest speed
We couldn't break from the concrete
In the city where we still reside.
And I have learned
That even landlocked lovers yearn for the sea like navy men
Cause now we say goodnight from our own separate sides
Like brothers on a hotel bed
Like brothers on a hotel bed
Like brothers on a hotel bed
Like brothers on a hotel bed

Hoogtepunten:
*Marching Bands of Manhattan
*Summer Skin
*What Sarah Said
*Brothers on a Hotel Bed
*Stable Song

2 Comments:

Blogger Roy Santiago said...

whoe. Ik ga m zo meteen weer draaien!!! Mooi stuk, Ludo!

8:56 p.m.  
Blogger Ludo said...

dank je :)
Nogal breedsprakig vond ik zelf. Maar hey het is mijn hobby/weblog :D

10:06 p.m.  

Een reactie posten

<< Home